Nochtans, als Goudeseune eens niet over zichzelf, zijn niet-bestaande oeuvre en zijn drankzucht schrijft, komt er echt wel goed spul uit zijn pen. ‘De som der zonen’, bijvoorbeeld. Hier is sprake van een echte situatie, met personages en een ontwikkeling, over goede bedoelingen en pech, met sprekende details die zich niet meteen laten uitleggen. (Waarom, bijvoorbeeld, is de drankzuchtige vriendin van de verteller verslaafd aan het bekijken van tennismatchen uit de jaren ’70?)
Door dit verhaal zou ik haast doorlezen, maar ik heb geen zin om als een of ander truffelvarken de weinige waardevolle stukken uit het zelfbeklag en gebabbel op te delven. Ja, Goudeseune schrijf goed, heel goed, misschien zelfs beter dan Brijs. Maar zolang hij er niet in slaagt om zichzelf uit zijn fictie te verwijderen (zoals hij doet in ‘De som der zonen’) hoeft het voor mij niet meer.
Je moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.