Woedend knipperde Derrida met zijn ogen en tuurde het publiek in.

Het Witte BoekWoedend knipperde Derrida met zijn ogen en tuurde het publiek in, hij legde zijn handen op het leeslampje om te zien welke idioot hem daar stoorde. Maar hij had mij, zijn lievelingsstudent, nog niet herkend of er gleed een toegeeflijk lachje over zijn gezicht: ‘Geduld, cher ami, gaat u zitten, ik zal het u uitleggen!’